Met meer gemak de Camino lopen en energie overhouden om mensen te ontmoeten, dat is mijn wens. En het zware klimwerk begint dit keer al in de eerste week. Tel daarbij op de vermoeidheid die er door de sarcoïdose nog steeds is en de zware rugzak die elke weer de grootste bottleneck blijkt. Dat alles vraagt dus om een goede voorbereiding.

Als tijdens de eerste lockdown mijn werk stilligt besluit ik een onlinewandeltraining te doen. Wat is het leuk om met wandeltechniek, intervaltraining en krachtoefeningen aan de slag te zijn. Vooral het onderzoek naar mijn wandelhouding is verhelderend. Confronterend is te ontdekken dat ik me verzet tegen de last van de rugzak door mijn schouders aan te spannen en op te trekken. Totaal onnodig, want ik weet natuurlijk dat het gewicht van een rugzak op de heupen hoort te rusten. Tijdens mijn laatste pelgrimstocht was die zware rugzak ook al een thema, die stond voor de symbolische last van het mantelzorgen. Gaandeweg word ik er bewuster van dat ik vrijwel altijd spieren in mijn lijf aanspan. Hoe kan ik toch ontspannen? Dat is een aparte vraag voor iemand die zelf klankontspanningen geeft. Na al die jaren weet ik het nog steeds niet, maar tijdens mijn klankwerk gebeurt het in ieder geval vanzelf. Ik onderzoek het optrekken van de schouders in een individuele sessies trauma-sensitieve mindfulness. Er komen beelden op van het fietsongeluk op mijn achttiende, waarbij ik mijn rechterarm ernstig verwondde en de kop van het spaakbeen verbrijzeld is. Het blijkt dat ik sindsdien vergeten ben hoe ik me kan ontspannen. In andere sessies en tijdens diepe massages wordt duidelijk hoe allerlei grote en kleine traumatische ervaringen – vooral veel valpartijen – in mijn lichaam vast zijn gaan zitten. Het is alsof een knoop langzaam ontwart door heel behoedzaam aan de losse eindjes te trekken, een confronterend en tegelijkertijd welkom proces.

En na de wandeltraining volgt een voetentraining. Daarmee hoop ik mijn voeten te activeren en af te komen van de doorgezakte voorvoeten en blessures aan de kleine teentjes. Het is alweer een training waar ik plezier aan beleef en passend voelt op dat moment. Ik draag teenspreiders, en doe oefeningen met wiggen en stekelige balletjes. Ik werk nu letterlijk aan een stevige basis, want het steunvlak van mijn voeten bleek te smal. Gaandeweg de training bouw ik mijn podo-zooltjes af en ga ik ook op barefoot schoenen lopen.

En nu nadert de tocht en dat vraagt opnieuw om training. Al is de sarcoïdose op dit moment rustig, de vermoeidheid en prikkelgevoeligheid zijn er nog steeds. En mijn goed opgebouwde conditie was totaal weg nadat ik eind 2021 Covid kreeg. Ik heb daarom mijn wandelconditie weer stapje voor stapje moeten opbouwen. Pas in de zomervakantie lukte het om wandelingen van een paar uur te maken. In oktober heb ik de onlinewandeltraining opnieuw opgepakt. Maar ik blijf steken bij 15 kilometer. Het wekelijks lopen van een langere afstand blijkt niet haalbaar in mijn dagelijks leven. Ik loop dus mijn eigen pad: Eerst bouw ik het gewicht van de rugzak op en oefen ik om steeds langere stukken te lopen zonder pauzeren. Wel doe ik regelmatig interval- en hoogtetrainingen uit de wandeltraining. En het wekelijks beklimmen met bepakking van de vijftig meter hoge uitkijktoren langs de A-28 vormt de ultieme uitdaging. Ik vertrouw erop dat het goed komt.